Wanneer met mij over de Eemshaven begint, dan zeg ik vaak, “daar ben ik groot geworden”. Nu is het niet zo dat ik daar woonde maar mijn vader was natuurlijk een kind van de zee en bijna elke zondag werden we meegenomen naar de zee. Ik heb dus in mijn kinderjaren de ontginning van dit gebied meegemaakt. Daar waar ooit een 2de Maasvlakte moest ontstaan en waar vele multinationals hun bedrijven zouden vestigen. Toen de haven eenmaal een feit was gingen we van hieruit richting een van de mooiste waddeneilanden, Borkum. Ontelbaar hoe vaak ik daar ben geweest. We gingen op Butterfahrt, voor een fles jenever, roomboter en shag. Altijd was er weer de Eemshaven die op mijn pad kwam.
Aantal jaren terug, was er op de regionale radio een programma en wilden ze verhalen omtrent de Eemshaven. Mijn verhaal werd uitgekozen, mede omdat ik naast mijn verhaal ook passende muziek er bij had gezet. In plaats van gewoon een vermelding in het programma werd ik enige dagen eerder gebeld met het verzoek of ik mijn verhaal zelf wilde vertellen. Het verhaal van de zeeman, die zijn hart verloor in het Groningerland maar nooit zijn liefde voor de zee had verloren. Hoorde ik vroeger klasgenootjes richting de bossen gaan op zondagmiddag, ja hoor, wij ook, wel 2x per jaar. Nee het was Termunterzijl, Delfzijl, Nieuw Statenzijl (mooiste plekje in de regio) en de Eemshaven.
Nu misschien wel 50 jaar later, zit ik bij de openlucht theatervoorstelling HAIM, ik zit op de kade in de Eemshaven, er is een “theaterzaal” tussen de zeecontainers, in de hoek zie ik vissersboten liggen, een windmolen steekt zijn wieken hoog boven ons uit. En ik mag genieten van een prachtige voorstelling over het ontstaan van deze haven, de jarenlange strijd om bedrijven deze kant op de krijgen. Maar waar nu volop bedrijvigheid heerst. Bavaria brouwt er zijn bier, Google voorziet ons van de mogelijkheid dat we overal naar kunnen zoeken en we onze zaken in de Cloud kunnen zetten, RWE voorziet me van stroom (en vuile uitstoot), de boot vertrek altijd nog naar Borkum en her en der zitten bedrijven waarvan ik niet weet wat ze daar doen.
Redelijk snel na het begin van de voorstelling blijkt dat dit een feest der herkenning is. Ik zie de Aiko Maru voorbij komen. Zie beelden van het begin en alles doet me denken aan de vele zondagmiddagen dat ik met pa en ma richting de Eemshaven ging. Samen wandelen langs het water, tussen het aangespoelde rotzooi vanuit zee kijken naar schelpen en andere leuke dingen die de zee terug gaf. Mijn pa als een jutter langs de waterlijn. Ach wat zou ik graag nog 1x met hun willen wandelen. De afgelopen 25 jaar met hun door willen nemen. En wat zouden ze trots zijn op “hun” Eemshaven, de bedrijvigheid die er nu heerst maar ook de stille plekjes richting de Noordkaap. Hier aan de kust, daar stroomt mijn “zeebloed”.